Eind maart 2019 bij de opening van de zuidelijke lus van het Pronkjewailpad wandelden we van de Graanrepubliek in Bad Nieuweschans naar wijnkoperij Jos Beeres in Noordbroek. Om per openbaar vervoer de etappe te hervatten, laat ik me door Klazien afzetten bij Groningen hoofdstation. Zij gaat vandaag nog wat laatste klussen doen bij onze dochter in Beijum. Ik pak de Arriva trein van 7.53u naar Zuidbroek.
Relive ‘Pronkjewailpad Zuidbroek – Harkstede’
De extra kilometers door dit lintdorp richting het noordelijker gelegen Zuidbroek is geen straf. Fraaie boerderijen, twee social sofa’s en de Petruskerk, een 13e eeuwse kruiskerk, met losstaande toren. Een zelfde model staat ver voorbij Jos Beeres, waar het buurtschap Uiterburen overgaat in de Zuiderstraat, aan de noordzijde van het dorp.
Eerst haal ik stempels bij Ina’s snoephoukje (met een snoepje!) en de plaatselijke Spar, valt me een afgedankt kerkgebouw rechts op en scoor ik bij de plaatselijke dagbesteding De Lijwiekstee een digitale stempel. Het door hen uitgebate restaurant is nog gesloten. De monumentale kerk is open. De verzameling stoven is een blikvanger, net als het Arp Schnitgerorgel, de fresco’s en de maquette van het godshuis.
Iets verderop is het Nederlands strijkijzer museum, ongetwijfeld een uit de hand gelopen hobby, geen stempelpost en enkel op afspraak geopend. Een laatste stempel in Noordbroek is bij de stellingmolen Noordstar te krijgen.
Dan fietspaden met volhangende appelbomen in de berm, de open, maar verrassend glooiende omgeving in naar het landgoed rond de Fraeylemaborg. De route gaat door het bos, langs follies en kunstwerken naar de borg. Op tien plaatsen in het park zoals bij het beeld Flora zijn QR codes te vinden met online achtergrondinformatie.
Voor werkzaamheden is de gracht zo goed als leeggepompt. Van de achterkant is het prima te fotograferen, aan de voorzijde staat de zon pal tegen. In de museumwinkel kom ik aan de praat met het personeel, dat blij is met het Pronkjewailpad. Ik ook.

Duurswold, de Woudbloemse Ae’s, of het Roegwold, natuurgebieden die ook in de noordelijke lus zijn opgenomen. Deels bekend terrein, soms nieuwe uitzichten. Uitgezonderd wat fietsers en hardlopers, kruist tot nu toe maar één wandelaar mijn pad vanochtend. De ondergrond hier is afwisselend nat gras en kurkdroog zand. Bij een bruggetje is een stempel te krijgen.
Bij de volgende stempelpost, het Rustpunt in Schaaphok, en dus een plaatje van een schaap op de stempelkaart, spreek ik de eigenaar kort over het Pronkjewailpad. Het kerkje, vlak ervoor rechts langs de dijk is nu een woning, maar was tot 1968 de Hervormde kerk van het buurschap.
Het stuk naar Harkstede is niet opwindend. Lange asfaltbeton fietspaden over de vlakte en langs de rand van het natuurgebied Rijpema. In het dorp ga ik eerst bij het hertenkamp aan. Om diefstal van de stempel tegen te gaan hebben de beheerders van de bijbehorende dagbesteding deze vastgemaakt aan een deksel, wat het stempelen erg lastig maakt. Is dus niet de oplossing.
Het toetje is de monumentale kerk van de Stichting Oude Groninger Kerken, dat de protestantse kerk ook nog gebruikt. Bij het voorlopen van het Pronkjewailpad heb ik de kerk getipt als stempelpost. Anderhalf jaar geleden was de kerk gesloten, nu heb ik geluk. Ik sluit me bij de vrijwilligster aan die een andere bezoeker van allerhande informatie over de 17e eeuwse kerk, het Arp Schnitger orgel, borgheer en syndicus Henri Piccardt en zijn familie en de banden met stadhouder prins Willem III en Mary Stuart. Met een intussen ook binnengekomen Pronkjewailpad wandelaar bekijk ik de orgelgalerij. Ik beklim de toren om de stenen gewelven aan de bovenkant te bekijken en praat nog wat na over het Pad en de opengestelde kerken van de Stichting.
De teller staat op 30km als ik na 14u het mooi vind en met 6 minuten met bus 5 mee mag naar UMCG Noord en dan overstap op de 4 naar Beijum.
Related Posts