Het is donderdagmiddag 26 april op de Romereis voor ouders van leerlingen van het Gymnasium Celeanum in Zwolle. Een dagdeel om vrij te besteden. Zelf had ik een tijd het plan om de Via Appia te gaan bewandelen. Ik leende het boek Via Appia: met Horatius langs de koningin der wegen van Fik Meijer. Dankzij de Ciaotiutti blog kwam ik op het idee om de Aurealiaanse muur te gaan volgen. Met hulp van Google Streetview zette ik op afstandmeten.nl een ronde van 22km in elkaar. Leuker dan een stuk heen en weer op de Via Appia. Het GPX bestand mee in de OSMAnd app en vanaf het punt waar we donderdag na lunch in de stad zijn aanhaken op de route.
Op de binnenplaats van de Basilica Santi Cosma e Damiano neem ik afscheid van de groep en ga in m’n eigen tempo er vandoor. Anders dan met de Dies Natale di Roma optocht afgelopen zondag is het nu vrij lopen op de Via dei Fori Imperiali. Ik werp nog wat blikken op het Nationaal Monument, steek de Piazza di S Marco over en neem de Via della Botteghe Oscure en bekijk het Largo di Torre Argentina opgravingsgebied. De Ponte Sisto over de Tiber brengt me bij een ander voor veel mensen onbekende attractie die ik op het internet vond: Triumphs and Laments van de Zuidafrikaanse kunstenaar William Kentridge langs de oevers van de Tiber. Vanaf het fiets- of voetpad langs de rivier wandel je langs 550 meter muurschilderingen met onderwerpen die te maken hebben met de geschiedenis van Rome.
William Kentridge heeft hier de muren beschilderd met onderwerpen die te maken hebben met de geschiedenis van Rome. Kentridge gebruikte geen verf. Hij verwijderde de aanslag die zich in de loop der tijd op de muren langs de rivier had verzameld als een soort negatief van de afbeeldingen zonder dat de muren met niet-natuurlijke materialen bewerkt hoefden te worden. Het hele kunstwerk zal in de loop van de komende jaren verder vervagen, tot dit prentenboek zonder een spoor na te laten alleen nog op foto’s voortbestaat.
Bij het ontwerp van de route had ik niet gezien dat de Aureliaanse muur ook in Vaticaanstad nog fier overeind staat. Ik zie het al lopend langs de Tiber wel op de OpenStreetMap kaart van OSMAnd. Ik wijzig het plan en ga bij de Ponte Principe Amedeo Savoia Aosta linksaf. Iets verderop staat de Porta Santo Spirito, het startpunt van de muur aan deze oever van de Tiber. Navigeren is makkelijk. Houd de muur aan de rechterhand van je. Het gaat omhoog voorlopig, eerst via de Rampa dei Sangallo. Voor het gevoel verdwijnt de muur hier achter de complexen van de Pontificia Università Urbanina. Als toerist kan ik alleen de slingerweg omhoog naar de Gianlcolo volgen.
Het uitzicht vanaf het Belvédère en de omgeving van het door in Argentinië woonachtige Italianen geschonken vuurtoren is de klim waard. Wat verderop staat Giuseppe Garibaldo te waken over ‘zijn’ plein, omgeven door eettenten en terrassen om toeristen te ondersteunen.
Bij de Porta San Pancrazio krijg ik de muur weer in het vizier en kan ‘m aan mijn rechterhand houden de heuvels af richting Vaticaanstad. Grote huizen, appartementencomplexen, boomgaarden en regelmatig het idee de Sint Pieter in de achtertuin te hebben staan. Opvallend is dan het zien van een blauwgetinte toren van de Russisch-Orthodoxe kerk. De Via della Mura Aurelie eindigt aan de zijkant van de collonade om het Sint Pieterplein en het grote Aulo Paolo VI.
Een doorsteek in de muur maakt een spoorlijn verderop. Vlak achter de poort ligt het station Vaticaanstad. Ik volg de muur nu langs de Viale Vaticano die helemaal om Vaticaanstad gaat en uitkomt bij de entree van de Vaticaanse Musea in de Aureliaanse Muur. Hier is het tegen de stroom toeristen, straatventers en kramen heen lopen met nog altijd de muur aan mijn rechterhand. Terugkijkend op Streetview thuis zie ik dat ik ook het laatste eindje tot en met de Passetto di Borgo, de pauselijke vluchtweg van de Sint Pieter naar de Engelenburcht had kunnen volgen. Zelf ben ik enkele blokken ervoor linksaf geslagen en doorgelopen tot op de Piazza Adriana.
Het meer dan indrukwekkende gebouw van de Hoge Raad tussen de Piazza Cavour en de Tiber gaat aan voor-, zij- en achterkant op de foto. De zon en de afstand hebben hun uitwerking. Ik zoek in het park langs de Tiber en plof neer bij de Bibliobar met een verwarmde panini voor een pauze.
Het voetpad langs de Tiber vanaf Ponte Umberto I tot de Ponte Regina Margerita vormt het laatste stuk van deze extra lus om Vaticaanstad.
Aan de overzijde van de Tiber sta ik snel op het Piazza del Popolo en neem vanaf de Porta del Popolo de Aureliaanse muur weer als gids. Hier is de Viale del Muro Torto door het Borghese park het domein van auto’s.
Als voetganger heb ik een smalle stoep of helemaal niets. Oppassen dus en zeker niet met een groep hier gaan lopen. Bij de Porto Pinsciana steek ik de poort door en houd de muur links van me. Daar in een gewone straat heb ik wel een normale stoep om te lopen.
De Porta Salaria, Porta Pia, Porta Clausa en Porta Tiburtina leiden naar de Porta Maggiore. Onderweg wisselt de omgeving van woonwijk, universiteit en defensieterrein naar ziekenhuis en kruispunt van tramlijnen, drukte langs de ringweg Viale Castrense en een park Carlo Felice.
Het is bijna 17u als ik de Sint Jan van Lateranen nader. Gelukkig, de aan Johannes de Doper gewijde kerk is nog open. Wel moet de rugzak door een security scan. In de kerk is het aan het eind van de middag rustig.
Ik kan de absis mozaïeken, het plafond en de diverse kapellen in de zijbeuken op m’n gemak bekijken. Direct langs de muur wordt gewerkt aan de metrolijn C en moet ik op gepaste afstand langs bouwschuttingen de Aureliaanse muur volgen.Weer een heel andere omgeving heb ik in het rustige park Metronio, waar kinderen spelen, mannen trimmen en stellen zich vermaken op wandelbankjes.
Het vereer komt er weer bij. Welkom bij Museo della Mura met het begin van de Via Appia Antica.
Afwisselend links en rechts van de doorgaande Viale di Porta Ardeatina stap ik stevig door naar de volgende attractie, want zo mag je de haast uit de muur springende Piramide van Cestius, een grafmonument uit de 1e eeuw wel noemen. Gisteren stapten we hier van het gelijknamige metrostation over op het treinstation Roma Porta S Paolo. De muur loopt op z’n eind zo dicht bij de Tiber.
Zelf neem ik de Via Nicola Zabaglia en dan schuin door de woonwijk op de heuvels langs wat kerken die uitzien op de Tiber, de rozentuin om uit te komen bij het Circus Maximus. Hoewwel zonder gladiatorenspelen zoals we bij aankomst in Rome afgelopen zaterdagavond zagen een kale boel is het veld toch een verplicht nummer op een Romereis, vind ik.
Ik bericht ‘reisleidster’ Jeanette dat 19.30u op het Piazza Navona moet gaan lukken om vandaar met de groep te gaan eten in de binnenstad. Ik heb nog tijd genoeg om wat kerken, binnenplaatsen en zelfs een toeristenwinkel voor een t-shirt te bezoeken. Iets na 19u ben ik op het Piazza Navona en vermaak me een klein halfuur prima met het bekijken van mensen om me heen. Opdringerige straatventers, zoekende toeristen, leuke objecten om mijn ogen de kost te geven.
Related Posts