Voor het volgende stuk van het LAW-2 Trekvogelpad was het even puzzelen. Busverbindingen terug naar de auto zijn niet overal op de Veluwe binnen redelijke tijd te doen. Ik heb voor Goede Vrijdag gekozen het stuk van Hoenderloo naar Otterlo door het Nationaal Park De Hoge Veluwe te doen, maar niet zonder een flinke aanloop. Start en finish daarom bij het Van der Valk hotel en restaurant De Cantharel aan de N304 / A1 bij Ugchelen.
Ugchelen – Hoenderloo (10km)
Vanaf de drukte rond de doorgaande wegen en de parkeerplaats bij Van der Valk (wanneer is het daar eigenlijk wel rustig?) is het een verademing direct het Ugchelse Bos in te kunnen. Op de Apeldoornse Vierdaagse in juli is dit terrein rond de brandtoren en zendmast ook bekend. Naar het zuidwesten kom je verderop in het Hoenderloosche Bos en via Wildrust in het dorp Hoenderloo. Nee, je komt geen enkele wandelaar tegen op dit stuk bos, maar stil is het ook niet met de schietbanen van de Legerplaats Harskamp als buren. Afwisselend en glooiend traject en na 10km goed voor een eerste rust.
Hoenderloo is pas in 1813 ontstaan toen de verlopen schaapsherder Albert Brinkenberg hier een hut bouwde voor zichzelf, zijn vrouw, enkele kinderen en twee schapen. Niemand durfde ze weg te jagen in deze uithoek van Otterlo en de Spelderholt. Dominee Heldring kwam in 1839 naar Hoenderloo en zag dat er toen 24 huizen (beter: plaggenhutten) stonden. Heldring cultiveerde het dorp met een waterput, een school en een kerk (in 1857). De omliggende landgoederen werden ontgonnen en zorgde zo voor werkgelegenheid.
Nationale Park Hoge Veluwe tussen Hoenderloo en Otterlo
Thuis had ik even gecontroleerd hoe laat De Hoge Veluwe de poort aan de Houtkampsweg in Hoenderloo opent. Je wilt ook niet te vroeg aan komen wandelen. 8u is deze maanden het park al open. De gevraagde toegangsprijs €8,70 maakt deze wandeling tot uitzonderlijk duur. Andere bossen en nationale parken in Nederland vragen niets. OK, in ruil daarvoor ben ik lid van Natuurmonumenten en Landschap Overijssel, dat dan wel 😉 Hier in het Nationale Park De Hoge Veluwe wordt een dicht netwerk aan geasfalteerde fietspaden en autowegen onderhouden, zijn de voetpaden goed onderhouden net als de bijna 2.000 witte fietsen die je op diverse plekken kunt meenemen of achterlaten. Het Bezoekerscentrum met het Museonder is gratis toegankelijk. Ook hier is het niet rustig. Aan de artillerie gewend valt hier het behoorlijk drukke autoverkeer op. Het Nationale-Park is zo een behoorlijk compromis tussen toegankelijkheid en rustgebieden (voor het grofwild). Mens en dier hebben zich aan elkaar aangepast. De zeer tamme vos die tussen de toeristen scharrelde in de beeldentuin van het Kröller-Müller Museum was een perfecte illustratie.
Vlakbij de ingang, net van het Trekvogelpad af ligt de boswachterswoning de Zwarte Berg. In 1855 werd het riante onderkomen gebouwd voor Aalt Ruiter, een inwoner van Hoenderloo die was aangesteld als werkbaas van het landgoed Hoenderloo. Aan de woning had de eigenaar Johan Sickesz een landherenkamer laten aanbrengen voor als hij op bezoek kwam. Via het overigens alleen op de kaart aangegeven Jan Aaltensland en Siberië kom je zo bij het Jachtslot Sint Hubertus.
Dit slot werd ontworpen door Hendrik Petrus Berlage in de bouwstijl van de nieuwe Zakelijkheid. De legende van Sint Hubertus gaat over een wrede jager die zich bekeerde toen hij een machtig edelhert zag met brandend kruis tussen het gewei. De plattegrond van het jachtslot heeft de vorm van een gewei. De hoge toren symboliseert het lichtende kruis in het gewei. De paar gasten in de theekoepel groeten me vriendelijk. Verderop is men bezig met herstel van een stuk heide, de bepijling van het Trekvogelpad is er slecht en ook verderop langs het Otterlose Zand is het matig gesteld met de rood-witte markering. Blij dat ik het Trekvogelpad ook als gps track in OSMAnd heb zitten voor dergelijke momenten.
In het bezoekerscentrum ging ik wat snel door het natuurhistorisch ondergrondse museum Museonder. Na een tweede rust buiten op het vrijwel uitgestorven terras weer verder. Vanaf de Franse Berg (jawel, 20 meter boven de omgeving, maar als zodanig wel één van de hoogste punten van de Veluwe) een blik op het graf van het echtpaar Kröller-Müller. Anders dan de fietspaden maak je wandelend meer kilometers door de bossen en langs de zandverstuivingen voordat je via de betonnen structuren voor het ooit als hét Grote Museum bedoelde bouwwerk en de drie rechtopstaande motieven van beeldhouwer Henry Moore, de President Steynbank het Kröller-Müller Museum bereikt.
Het museum is een magneet voor Aziaten met fotocamera’s en gids. Binnen is een wereldberoemde collectie 19e en 20ste eeuwse beeldende kunst met een centrale plek voor Vincent van Gogh te bekijken. Zo vind je er de Aardappeleters, Vier uitgebloeide zonnenbloemen en de Brug van Arles. Groep 8 van de CNS Balkbrug is er jaarlijks naartoe op excursie. Twee van de drie kinderen zijn me hier vóór gegaan. Zelf was ik nog nooit geweest. Met Marianne nu in groep 7 moest het natuurlijk een keer gebeuren. Klazien heeft zich al voorgenomen in 2015 als ouder mee te gaan met groep 8. Buiten de grote beeldentuin, dat me meer deed dan de collectie binnen. Ik mag graag foto’s schieten van sculpturen met Hollandse luchten als achtergrond.
Het laatste stuk van het Trekvogelpad leidde parallel aan de Houtkampsweg naar de uitgang bij Otterlo. De wortels voor de beschaving zijn ruim een millennium ouder dan in Hoenderloo. Al rond 800 was er sprake van het Woud Ottterlaun en het dorp Uttarlo met de vermoedelijke betekenis ‘het buitenste of uiterste bos’, dat wel past aan de rand van de Veluwe.
Otterlo – Hoenderloo (8km fietsen)
Vanochtend had ik me bedacht, dat in plaats van de bus terug, een witte fiets natuurlijk ook kon. Dus op de fiets terug, langs een andere route uiteraard om het monument van De Wet in een zandverstuiving en het Jachtslot vanaf de andere kant te kunnen zien.
Hoenderloo – Ugchelen (8km)
Terug in Hoenderloo bleek de bus 400 alleen op zaterdag en zondag te rijden. Dat krijg je met verschuivingen van wandelingen in de agenda. Ook in Hoenderloo centrum géén bus die naar de Cantharel in Apeldoorn terugging. Dat had ik thuis ook al ontdekt. Je zou dan eerst naar Arnhem moeten, en vanaf Arnhem Centrum weer terug naar Ugchelen. Dus de benen weer gestrekt en deels over het fietspad langs de N304, deels door het aangrenzende bos weer 8km gewandeld naar De Cantharel.
Na 30km #wandelen inclusief Kröller-Müller museum, 8km fietsen en vanwege afwezige bus nog 8km wandelen terug bij De Cantharel.
— Henk-Jan van der Klis (@hjvanderklis) April 18, 2014
Related articles
Related Posts